13: ‘Waardevol’
Deze vrijdag, 31 januari 2025, start met de zon. Wat een heerlijkheid. Instant voelt alles lichter, luchtiger en maakt het bepaalde zaken die ik in de regel mopperend aanzie, minder intens. Iris wordt vandaag naar school gebracht door Percy en ik start de dag met m’n favoriete ontbijtje.
Om 9 uur heb ik met de fysio afgesproken (Beweegpost Roden) om te gaan trainen (oefenen klinkt zo saai:-)). Na ruim een half uur vervolg ik mijn weg naar de markt. Spreek de vaste marktkoopmensen en ga met een tas vol verse en lekkere producten naar de auto. Daarna een gezellig koffiemoment bij mijn ouders gehad en tegen half 12 ben ik weer thuis. Daar begroet Kenzo mij enthousiast en wandelen we een 20 minuutjes. Dit alles nog steeds onder het genot van een fijn zonnetje.
Na mijn broodjes te hebben gegeten, voel ik dat een half uurtje ‘rust’ niet ter discussie staat. Ik voel me een beetje moe (mentaal) en voorzie een verloop van de middag met een hoop onbewuste to do’s. Wanneer ik te moe word gaat de rem eraf. Niet logisch maar wel de waarheid. Tegelijkertijd zie ik ook van alles ‘liggen’ waarmee ik zo graag verder aan de slag wil. Daar is dus vanmiddag én de tijd én de energie niet meer voor.
Wanneer ik Iris heb opgepikt van school, doen we nog een klein boodschapje, bak ik thuis nog koekjes, doe de was en voel ik dat ik geïrriteerd raak. Ik wil te veel dingen doen in te weinig tijd. Mijn frustratie groeit best snel. Ik spreek het uit, trek mezelf even terug (voor iets dat ik ook nog moet doen) en app Percy over het vervolg van mijn middag. Het is mijn redding dat hij op het punt staat om af te ronden en op weg kan naar huis. Daar waar hij het stokje kan overnemen en heen en weer wil rijden naar tennis.
En dit moment gebruik ik om van mij af te schrijven. Om te zien, voelen en schrijven wat het nou is dat maakt dat het nu ‘opeens’ te veel is. Want dat ‘opeens’ is niet ‘opeens’. Aan dat ‘opeens’ gaan twee weken vooraf. Twee weken waarvan ruim 1 week bestond uit een extra energie thuis, die ziek was (naast Iris hadden heel veel anderen dit ook…I know). Omdat ze best een aantal nachten naast mij sliep kon ik slecht slapen. En een week die bestond uit veel afspraken, het bezoeken van open dagen, het gas geven en weer op de rem trappen. En ik maar denken dat dit allemaal soepeltjes verliep. Dat deed het eigenlijk ook. Ik heb mijzelf hardop geprezen dat ik nog niet een x boos was geworden. Het ging allemaal ogenschijnlijk easy going. Maar al deze zaken opgestapeld, zonder oplaad moment….tsja, dan is er toch dat ‘opeens-moment’. En daarmee het besef dat het teveel was.
Terugkijkend weet ik niet wat ik anders had kunnen of mogen doen. Dat je de zorg hebt voor elkaar waanneer je ziek bent.. dat is logisch en zou ik nooit willen veranderen. Dat ik met mijn enthousiasme met Iris en Percy mee ga om zaken te ontdekken, nieuwe mensen te ontmoeten of gemaakte afspraken na te komen? Hier zou ik iets in kunnen veranderen maar kies ervoor om dit zo beperkt mogelijk te doen. Niet wetende hoe ik over een aantal jaar fysiek ben, grijp ik zoveel mogelijk nieuwe en leuke dingen aan.
Dat stapelen hoort wellicht wel bij mij. Tot een zekere hoogte houd ik ervan om energie te steken in allerlei uiteenlopende zaken. Gewoon omdat het mij positief prikkelt, ik graag organiseer en ik voel dat ik dan leef. En ook dat ik meedoe. Dat mijn acties van waarde zijn. Dat ik door deze stijl van leven te leiden een waardig leven heb.
Daar ligt wel een hele mooie uitdaging. Want is mijn beeld van een waardig leven wel haalbaar? En als ik het consequent niet haal….dan schiet ik toch te kort? Dan word mijn waardig leven een leven waarin ik veelvuldig blijf falen.
Tijd om nogmaals mijn soms rigide waarden te bekijken en te veranderen naar waardevol.
Ieneke